Naar Machu Picchu via Salkantay - Reisverslag uit Cuzco, Peru van Michael Doorn - WaarBenJij.nu Naar Machu Picchu via Salkantay - Reisverslag uit Cuzco, Peru van Michael Doorn - WaarBenJij.nu

Naar Machu Picchu via Salkantay

Door: Michael van Doorn

Blijf op de hoogte en volg Michael

16 November 2016 | Peru, Cuzco

Andre leidde me door de smalle straatjes van Cuzco heen, richting de bus. Hier stelde me ik voor aan een paar man die al in de bus zaten. De bus vulde zich langzaam. Het was erg stil, gezien het tijdstip van nog geen 04:00u ’s ochtends niet heel verwonderlijk. De rit naar Mollepata, waar we zouden ontbijten, zou een dikke drie uur duren. Ik sprak met een Ier, Jim, die twee weken aansloot bij zijn zoon Paul en zijn vriendin, die een jaartje samen aan het rondreizen zijn. Bij hen zou ik ook zitten tijdens het ontbijt. Het eten was niet van hele hoogstaande kwaliteit, de komende dagen zouden we de energie hard genoeg hebben. We mochten ieder maximaal 5kg aan de paardenman geven; dit om onze tocht ietwat gemakkelijker te maken. Verder dan een slaapzak om mee te geven kwam ik niet. We reden iets verder omhoog. Ergens tussen Mollepata en Marcoq’asa werden we uit de bus geknikkerd, op zo’n drie kilometer hoogte. De trek zou bijna gaan beginnen. De groep van zo’n 25 gasten werd in tweeën opgedeeld. Ik kwam in de groep van gids Veronica, Beronica in goed Spaans. Er was een kleine voorstelronde. Ik kwam in een groep met zes Fransen, een Spaans stel, twee Australiërs en een Duitser. De namen bleven niet allemaal hangen. Er werd gevraagd naar welk dier we onze groep moesten noemen. Ik stelde de condor voor, deze vogel is symbool voor vrede. “The Sexy Condors” waren geboren.

Veronica leidde ons langs een pad omhoog, niet veel later hadden we een schitterend uitzicht de diepe dalen in, in de verte hoge pieken ook. De Salkantay, met 6.271m een van de hoogste hier, was nog niet zichtbaar. We zouden de pas bij Salkantay op 4.630m hoogte oversteken. Dit zou letterlijk en figuurlijk het hoogtepunt worden van de tocht; inclusief Machu Picchu. We liepen over een oud Inka-pad, waarnaast een klein stroompje de tegenovergestelde richting uit liep. Dit is een oud irrigatiekanaal, enigszins gemoderniseerd, al kan je je afvragen of met hooguit een halve meter breedte, je over kanaal kan spreken. Mijn rugzak uit mijn legertijd verkeerde nog in goede conditie, zat als gegoten. De tocht ging dan ook erg soepel. We liepen die dag 13 kilometer naar het basiskamp Soraypampa. Dit basecamp ligt op zo’n 3.900m, aan de voet van de Huayraccmachay, een berg van zo’n 5km hoog. Na aankomst kregen we lunch en liepen we nog wat extra kilometers omhoog.

Dit stuk was optioneel, toch ging iedereen van de twee groepen, buiten de gidsen mee. Het viel behoorlijk zwaar na de lunch, mijn hartslagmeter sloeg uit, alsof ik aan het sprinten was. Zo rap ging ik zeker niet. Hoewel het zwaar viel, was de klim meer dan de moeite waard. Op 4.221m ligt een bergmeer wat rechtstreeks gevoed wordt door smeltwater van de gletsjer. Een prachtig meer, kraakhelder met verschillende tinten blauw en groen, ijskoud ook. Dit weet ik omdat we niet alleen gingen pootjebaden. Kopje onder in dit gletsjermeer en een beetje rondspartelen was de manier om de bloedsomloop een flink boost te geven. De gevoelde spierpijn van de eerste kilometers wandelen, verdween als sneeuw voor de zon. Daniel, een van de twee Aussies, en ik liepen naar een rand boven het meer. Een aantal adelaars vloog rond terwijl we het meer, de bergtoppen en de gletsjer fotografeerden. Aan de ene kant was de zon aan het zakken, aan de andere kant kwam de maan omhoog. Het was heerlijk rustgevend op deze plek. De zon zakte achter de bergtoppen, het koelde snel af. We wilden voor het donker terug zijn en keerden terug. De top van de Salkantay was door de pas zichtbaar. Het was heel helder, het zou koud worden die nacht.

Het avondeten werd al klaar gemaakt. Veronica zou ons aan de staf introduceren. De kok, twee assistenten en de paardenman. Alvorens we ons voorstelden, leerde Veronica ons eerst een beetje Quechua. Dit is de taal van de inheemse bevolking. We leerden hoe we ons voor moesten stellen en te zeggen waar we vandaan komen. ‘Nukag sutimi Michael-cha,’ gevolgd door ‘Nuko Humani Holanda.’ Daniel maakte er per ongeluk ‘nukag satini’ van, Veronica reageerde geschokt, dit blijkt voor seks te staan. We lagen allemaal dubbel, er zouden de volgende dagen meerdere versprekingen komen. De eerste nacht lag ik in de tent met Michael, de andere Aussie. We werden om een uur of vier wakker gemaakt. Iedereen kreeg een coca-thee in de tent, om wakker en warm te worden. We pakten onze spullen in, ontbeten en gingen weer op pad. Deze dag stond er 22 kilometer op het programma en zouden we naar het hoogste punt gaan. In meerdere etappes werkten we langzaam aan omhoog. De lucht was fris, de atmosfeer goed en de uitzichten fenomenaal. De klim, van 3.900m naar ruim 4.600m, voelde niet zo zwaar als Veronica had voorspeld. Het ijkpunt was de klim naar het meer de dag ervoor, het viel alles mee.

Aangekomen op het hoogste punt van de trek, genoot de groep van de omgeving. We maakten foto’s van de omgeving, we lieten ons als groep of alleen fotograferen. Het was weer eens tijd voor de handstand. Veronica leerde ons een oud gebruik. Als ze dronk, schonk ze het eerste slokje drinken op de grond. Dit hadden we haar al eerder zien doen. Het blijkt een teken van dank aan Pacha Mamma, moeder Aarde. Nu zouden we nog iets verder gaan. Iedereen moest een platte steen uitzoeken, hoe groot maakte niet uit. De grootste stenen zouden onderop komen te liggen, om zo een kleine toren te gaan vormen. Eerst legden we drie intacte coca-blaadjes neer, de drie hoogste bergen bedankend dat we veilig mochten passeren. Daar bovenop kwam een steen te liggen en na dertien gestapelde stenen, schonk Veronica door haar meegebrachte lokale rum over de stenen. Iedereen kreeg een slokje en daarna gingen we in een cirkel om de steen heen staan, elkaars handen vasthoudend. Veronica sprak woorden van dank uit, we moesten allemaal onze ogen sluiten en bleven een tijd lang stil. Dit moment was echt heel erg mooi, het voelde heel erg goed hier te zijn. Ik had tintelingen in mijn hoofd. Ik bleek niet de enige. Iedereen leek het erover eens dat dit het mooiste moment van de reis was. Machu Picchu moest nog komen.

We verlieten de Salkantay-pas, de bergtop met zijn gletsjer. We ontwaarden nog meer bergen, met gletsjers. De richting die we uitliepen werd langzaam aan wel groener. We lunchten op 4.000m bij Huayracpampa, vertaald “de winderige vlakte.” De wind was koel, ik zocht een beschut plekje op om even gestrekt op mijn rugzak te liggen. Meerderen volgden mijn voorbeeld. Niet veel later werden we gewekt, we moesten nog een flink stuk afdalen. Het tweede basiskamp ligt op 2.900m. De afdaling was niet heel prettig. Het werd steeds wat warmer, we liepen het regenwoud in, een flink stuk beneden ons de Lluskamayu-rivier. Het waren vooral de losliggende stenen die veel vereisten van het onderstel. Op een gegeven moment was ik er wel klaar mee, er leek geen eind aan te komen. Een plek waar we pauze zouden houden heb ik overgeslagen, wilde zo snel mogelijk in het basiskamp uitkomen. Toen ik met Michael en Camille in de buurt van Chaullay was, waar het basiskamp ligt, kreeg ik een kleine mindfuck. Want ik zag een kamp aan de andere kant van de vallei liggen. Gezien de gelopen afstand kon dat bijna niet waar zijn. We liepen iets verder de hoek om, gelukkig bleek het ook niet waar. We stonden voor het kamp waar wij zouden verblijven.

Ik noteerde mijn naam op de wachtlijst voor de warme douche; ik vond dat ik die verdiend had. Het kostte 10 Soles (een kleine drie Euro), mijn lijf was er aan toe. Warm was de douche niet, na een klein beklag werd dat rechtgezet. We werden getrakteerd op thee en wat snacks (popcorn en crackers), speelden een Wie-Ben-Ik? Ik had vrij snel in de gaten dat ik Arnold Schwarzenegger was, anderen raadden het niet voor het avondeten een uur later. Tijdens het diner moest er een voorman gekozen worden als vertegenwoordiger van de groep. Alsof het gepland was, riepen de meesten dat ik “El Presidente” moest worden. De groep maakte veel grappen en grollen. Ik dacht in goed Quechua Veronica, Veronica-cha te noemen. Fout gedacht, want “ka-cha” staat ook weer voor seks. “No, El Presidente… no ka-cha.” Tja, als alles hier in de categorie seks lijkt te vallen, wat moet je dan?

De volgende dag namen we eerst afscheid van de paardenman. Hij had ons met het meenemen van een aantal kilo van onze bagage, onze tocht net wat makkelijker gemaakt. Na mijn woord van dank namens de groep, gingen we op pad. Er werd me gevraagd hoe ik mijn koninkrijk wilde noemen. Land van veel seks, dat was wel duidelijk. In Spaans: Pais de Mucho Ka-Cha. Veronica rekende het niet goed. Ok, dan is het besloten: Pais de Mucho Satini. De groep vond het mooi. We waren al begonnen aan de 16 kilometer van die dag. We staken een rivier over en kwamen in een dorpje uit. Hier begon Veronica ons uit te leggen over verschillende flora. Welke planten voor welke kwaaltjes te gebruiken, welke plant je als make-up kon gebruiken (ik kreeg een oorlogspatroon in het rood op mijn gezicht geschilderd), welke planten hallucinerende dan wel reinigende werking hebben, welke bloemen in welke rituelen gebruikt werden, heel interessant allemaal. We liepen op een splitsing waar ik mijn eerste kolibrie (buiten de dierentuin dan) zag. Toen ik mijn camera tevoorschijn wilde halen, was de kleine vogel al gevlogen. We waren hier niet ver van Choquequirao, een tweede Machu Picchu, sterker, het is mooier en veel groter dan Machu Picchu, alleen kent bijna niemand het. Een hike van 48km, korter maar naar verluidt nog zwaarder dan Salkantay. Ik wilde deze heel graag doen, kon alleen geen medestanders vinden om deze tocht te gaan maken. Er zijn plannen om hier een treinbaan naar toe aan te leggen. Het zal dan gedaan zijn met de rust van dit Inka-oord.

We liepen nog steeds langs de Lluskamayu, door Colcapampa: dit betekent mineraalvlakte. Er was weinig vlak aan, de paden glinsterden van de mineralen die in de rijke grond hier zit. In deze streek wordt ook goud, zilver en koper gedolven. Het hoogtepunt deze ochtend was een voetbalwedstrijd tussen de Sexy Llamas (de andere groep) en de Sexy Condors. Een voetbalpotje op hoogte, zo’n 2.900m, viel niet mee. We kwamen 1-0 achter na wat geklungel bij ons achterin. Twee behendige spelers van de tegenstander, dreigden wel, gevaarlijk werden ze nauwelijks meer. Ik prikte er een gelijkmaker in na weg te draaien bij een verdediger, de volgende speler te omspelen en de bal langs de keeper te prikken. We hadden het betere van het spel, de kansen volgden elkaar op, niemand bij ons had het vizier op scherp. Het potje duurde wat lang. In plaats van wie het eerst drie doelpunten had gemaakt, besloten we tot de winnende treffer. De tegenstander organiseerde het stukken beter toen, er zat weinig lijn meer in bij ons. De dreigende spelers lieten zich zien. Andre, de gids van de andere groep, een mooie actie waarbij hij twee man achter elkaar uitkapte en de bal via binnenkant paal in schoot. Iedereen bedankte en feliciteerde elkaar, met de tong op de schoen. Voetballen op hoogte, het valt niet mee.

We gingen weer verder. Onderweg zag ik een soort bij met een paars lijf en oranje vleugels. Iets later een zwarte bij met felblauwe vleugels. Veronica liet nog wat planten zien, zoals de favoriet van een van de beersoorten die hier rondloopt. De zeldzame brilbeer, we hebben hem/haar niet gezien. Na een paar uur wandelen kwamen aan bij de bus, mochten er allemaal in. Een andere optie was om nog een uur verder te lopen. Alleen Daniel en Fridolin stapten in, de rest liep door. We lunchten in Lluskamayu, er stond o.a. seviche op het menu. Ze hadden hier ook een stand waar ze heerlijk sterke, ietwat zoete, koffie verkochten. Ik drink weinig koffie op mijn rondreis, een goede bak koffie sla ik niet over. Ik heb nog even in een hangmat gelegen, een welkome houding die vooral door mijn stramme benen gewaardeerd werd. Het loopdeel, met het extra uur zo’n 20km, zat er op voor die dag. De bus reed ons over de smalle paden van de bergen richting Santa Teresa. Hier was ons derde kamp. Vanuit Santa Teresa kon je optioneel naar thermische baden; ik denk niet dat er iemand deze kans heeft overgeslagen. Met de bus werden we er naar toe gereden, de sfeer zat er goed in. Een verkoelend biertje en de muziek hardop.

Bij de Hot Springs aangekomen haastte iedereen zich om de lichamen op te warmen in de hete baden. Heerlijk was het ook om af te koelen onder de koude douches, vervolgens weer in de warme baden springend. Net wat onze lijven nodig hadden. We bleven er een kleine drie uur, vermaakten ons met spelletjes zoals het bouwen van een menselijke toren, verder dan vier man hoog kwamen we niet. Het favoriete spel was toch wel het schieten van een haarband door armen of handen. De lokale bevolking keek al met grote ogen naar de overwegend witte kadavers, dit spel werd door vele ogen gevolgd. Het waren een aantal heerlijke uren. Die avond kregen we een goed feestmaal voorgezet. De kok en assistenten bereidden ons laatste diner voor. Na afloop deed eerst Cameron namens de andere groep een woord van dank, daarna deed ik dat.

Toen kwam het moment dat het feest ging starten. We kregen allerlei drankjes voorgezet. Inka Tequila, Wodka Inka Cola, Inka Tequila thee en Pisco. De mixjes werden steeds exotischer. Er was een kampvuur, luide muziek en discoverlichting, de Macarena klonk o.a. Met een van mijn wandelstokken werd de limbo ingezet. Het was een gezellige avond met de twee groepen.

De volgende ochtend konden we uitslapen, om een uur of half zeven werden we gewekt. Na het ontbijt ging een deel wandelen, er stond 19km op het programma. Niet voor degenen die gingen ziplinen; dat zou voor hen 12km worden. De meesten gingen ook naar Vertikal Ziplining. Nog een beetje ondersteboven van de avond ervoor, konden we vandaag letterlijk ondersteboven over ravijnen heen scheren. Er hingen vijf kabels honderden meters boven de rivier waarlangs we gelopen hebben. Ook was er een brug. De eerste kabel gingen we nog gewoon hangend naar de overkant, met snelheden van zo’n 65km per uur, de tweede hingen we al op de kop, de derde was free-style, de vierde op zijn kop met een aantal omwentelingen. Toen namen we de brug. Wouter, van de andere groep, zal ik nooit vergeten. Die vond het helemaal niets. Dat zei hij ook veelvuldig, alleen voorzien van veel gevloek en misbaar. Dat Camille en Samuel op de brug aan het springen waren, zal zijn ervaring niet geholpen hebben, ik vond het schitterend. De laatste kabel werd het harnas uitgetrokken en op een iets andere wijze weer omgedaan. We hingen nu onder de kabel, armen wijd en hoofd naar voren: we kruisten over als een condor. Na deze vlucht heb ik met Camille en Michael tegen Samuel en twee Franse toeristen die er ook waren, gevolleybald.

We werden met de bus naar Hidroelectrica gereden. Vanaf hier zouden we langs de treinrails naar Aguas Calientes lopen. Dit is een dorpje aan de voet van Machu Picchu. We liepen langs de Urubamba-rivier. Naar de bergkammen kijkend ontwaarde ik bouwwerken en paden. Ik vroeg aan Veronica of ik het goed zag. Ja, dat is een deel van Machu Picchu. We liepen om de bergkam heen waar Machu Picchu en Huayna Picchu liggen. Er waren onderweg nog tropische vogels te zien, zoals een hele mooie blauwe met een lange staart. Af en toe moesten we plaats maken omdat er een trein langs zou denderen. De aankomst in Aguas Calientes, wat hete wateren betekent (vanwege de hete bronnen), was welkom. Het was erg heet die dag, de benen waren nog steeds erg stram.
Het dorp is erg toeristisch, al oogde het niet heel druk. Wat geen agent ons had verteld, was dat er stakingen van de trein zouden komen. Die waren aangekondigd, omdat de bewoners het niet eens zijn met de hoge prijzen van de trein. De trein die ons de volgende dag zou wegbrengen, zo dachten we toch. We kregen het die avond te horen, geen trein de volgende dag. Dat betekende dat we het hele stuk naar Hidroelectria terug moesten lopen. Vanuit hier zouden we dan met de bus (wat minimaal zes uur duurt) terug naar Cuzco gaan. Omdat de bus voor het donker het dal uit moest zijn, zouden we uren eerder weg moeten van Machu Picchu. Had ik dit geweten had ik dagen later de tocht gaan maken, dit gold voor iedereen. Nu verkocht de organisatie maar wat, ze hadden voor mij geen toegangsticket voor MP gekocht, geen treinticket ook. En omdat ze dat laatste niet hadden gedaan, leek dat ze een vrijbrief om me te scheiden van de groep. Ik zou niet met de speciaal geregelde bus mee mogen, ik moest maar met de reguliere bus die nog eerder ging. Ik was echt ziedend. Het vervelende was dat de boekingsorganisaties het maar overlieten aan de gidsen, wiens werk dit ook niet was. Het gaat de organisaties hier alleen maar om geld, zoveel was duidelijk. Ik legde Veronica uit dat ik wist dat het niet aan haar lag. Ze was duidelijk ontdaan, dat vertelde ze me ook toen we met zijn tweeën de entreetickets voor MP gingen halen, door de opstelling van de organisaties. Andre en ik, net als bij het kampvuur de nacht ervoor, spraken nog een tijdje met elkaar. “Michael, relax, it will be fine. We go up the mountain to see Machu Picchu, only happy thoughts!”

De volgende ochtend stonden we uren eerder op dan normaliter. De kans bestond namelijk dat de bevolking ons niet toe zou staan naar MP te gaan. Anderen hadden wakker gelegen van gemarcheer van veel politie, de drie uurtjes slaap die ik had, zijn gelukkig niet verstoord voor me. We kwamen een flink aantal obstakels op de weg tegen, een handvol actievoerders, tegengehouden werden we niet. We moesten wel onze bepakking meenemen of later ophalen in het dorp. Dat zo nog meer extra kilometers betekenen. Om nog geen half vier zaten we al bij het eerste controlepunt, deze ging om vijf uur open. Toen de poort openging stormden de bezoekers massaal naar voren. Er kwamen mensen voorbij gerend, de meesten zou ik later weer inhalen. Het pad naar de ingang van het complex, zo’n 400 meter hoger, was erg zwaar. Er staat een uur voor, ik kwam boven aan na 35 minuten. Zeiknat van het zweet, buiten adem, maar ondanks de bepakking was ik als zevende boven. Even wat droge kleding aangetrokken, het druppelde vol bij de ingang. Als een van de eersten, toen de poort om zes uur open ging, mocht ik naar binnen. Ik moest mijn grote tas wel achterlaten bij de ingang.

Eenmaal op het complex viel er nog weinig te zien. Langs een pad een paar terrassen of een gebouwtje en ietsje verderop een paar lama’s. Ik maakte er een foto van en sprak met een aantal jongens van de groep. Ik werd aangetikt, moest achter me kijken. Waar we 20 seconden daarvoor alleen nog lama’s zagen, zagen we ineens een wand vol met Inka-gebouwen opdoemen uit de laaghangende bewolking. Het was heel mysterieus. Zo snel als dit deel van MP zich toonde, zo snel verdween het ook weer. Toen iedereen van de groep op het complex was, zette Veronica ons op een bankje neer en begon aan de uitleg. Die werd verstoord door een aantal lama’s die kwamen kijken of er wat eten te halen viel. Iedereen ging met ze op de foto. Veronica vervolgde haar verhaal, over hoe het Inka-rijk uiteen viel en waarom MP zo lang verborgen is gebleven. Pas in 1911 werd de stad, toen een Amerikaanse onderzoeker op zoek was naar Vilcabamba, de laatste hoofdstad van de Inka’s, weer gevonden. Er is heel weinig gedocumenteerd over MP, niet door de Inka’s, de Spanjaarden hebben het nooit gevonden. De geschiedenis van deze plek is daarmee onduidelijk. Wat wel heel duidelijk is hoeveel vernuft en kunde er in de constructie van deze locatie zit. Kwalitatief hoogstaande huizen, tempels en paden die op steile bergwanden liggen. Een zonnetempel, een tempel ter ere van de condor en ook stenen, op bijzondere wijze uitgehakt en vormgegeven, die gebruikt werden bij astronomie.

Het is een heel indrukwekkende plek. Met Camille en Samuel ben ik van 2.400m naar iets meer dan 3.000m geklommen. Dit kost iets extra qua geld, heel veel extra qua energie. Het was meer dan de moeite waard. Af en toe stil staan en op het complex neerkijken, was een verademing. Op weg omhoog zagen we van dichtbij nog een kolibrie in actie. Er leek geen eind te komen aan de trappen. Na een klein uur, er staat anderhalf uur voor, kwamen we uitgeteld op de top op. Het uitzicht was echt schitterend. We hebben er een uur gelopen, gezeten, gekeken, gedronken en gegeten. De 3-liter flessen water waren al zo goed als leeg. De afdaling ging een stuk soepeler. We zijn naar de Inka-ophaalbrug gelopen, we konden er niet op. Een paar jaar geleden is een toerist er af gevallen, gezien de hoogte kan de enige uitkomst de dood zijn. Na nog een uur rondgelopen te hebben over het schitterende complex, begonnen we aan onze afdaling. We liepen terug naar Hidroelectrica. Na een paar uur wandelen kwamen we aan bij de bus. Die vertrok om 16:00u en pas na 23:00u kwamen we aan in Cuzco. Iedereen was gesloopt. Was het niet door de gewone tocht, de extra kilometers en lange busrit hielpen niet. Van degenen die hun spullen wel in Aguas Calientes hadden gelaten, hoorde ik dat de stad echt helemaal uitgestorven was, ramen en deuren gebarricadeerd, bang voor rellen. Ik had nog een paar minuten overwogen om een paar dagen in dit dorp te blijven, ik ben blij dat ik dat niet heb gedaan.

Het voordeel van de treinstakingen was deze dag dat er niet heel veel toeristen waren, het was heerlijk rustig. Machu Picchu is heel erg mooi, iedereen baalde wel dat we er veel minder uren doorbrachten dan we zouden doen. De meesten waren het er na afloop over eens dat de ervaringen bij de Salkantay-pas het mooiste waren en meest intense gevoel gaven. Absoluut een aanrader, al adviseer ik nu iedereen door te vragen of er stakingen zijn. :-)

  • 24 November 2016 - 22:31

    Wilma:


  • 24 November 2016 - 22:33

    Wilma:

    Ik gaf een paar duimen omhoog maar die zie ik niet terug. Vanavond liep ik in Utrecht centrum. Is toch niet zo fraai als jouw ervaring..... :)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Michael

Actief sinds 10 Juli 2011
Verslag gelezen: 345
Totaal aantal bezoekers 48925

Voorgaande reizen:

16 Oktober 2018 - 13 November 2018

The Ring of Fire

10 Juli 2018 - 21 Juli 2018

De Odyssee

09 Oktober 2017 - 20 Oktober 2017

Gone fishing

31 Augustus 2016 - 21 December 2016

Pacific Rim

09 Januari 2016 - 23 Januari 2016

Diving the Andaman Sea

13 Mei 2015 - 02 Juni 2015

Bali (and more?)!

06 September 2014 - 21 September 2014

Diving in paradise

19 Januari 2014 - 28 Januari 2014

Freediving Tenerife

06 Juni 2013 - 16 Juni 2013

Kopje onder in het land van de farao's

17 Juli 2011 - 15 Augustus 2011

Made in Australia

07 Juni 2009 - 28 Juni 2009

ZO-Azië

11 Mei 2007 - 28 Mei 2007

Yucatan

Landen bezocht: