Cuzco en de Heilige Vallei - Reisverslag uit Cuzco, Peru van Michael Doorn - WaarBenJij.nu Cuzco en de Heilige Vallei - Reisverslag uit Cuzco, Peru van Michael Doorn - WaarBenJij.nu

Cuzco en de Heilige Vallei

Door: Michael van Doorn

Blijf op de hoogte en volg Michael

11 November 2016 | Peru, Cuzco

Na drie vluchten, van Paaseiland via Santiago de Chile, naar Lima en door naar Cuzco kwam ik ruim een dag na vertrek aan. Het was het eind van de dinsdagochtend, 8 november. Waar ik twee tijdszones dichterbij huis kwam in Chili, kwam ik in Peru weer in dezelfde tijdszone als Paaseiland terecht. Geslapen had ik niet sinds ik was opgestaan een dag eerder. De verleiding was dan ook groot in bed neer te ploffen. Het leek me beter om dat niet te doen, om gelijk in het ritme te komen. Dat had ook te maken met dat ik moest gaan wennen aan de hoogte. Cuzco ligt op 3.350 meter hoogte boven de zeespiegel.

De taxichauffeur die me naar Tierra del Inka bracht, bracht me ook wat uitstapjes aan de man. In het hotel kreeg ik een kop Coca-thee voorgezet, wat zou helpen bij het voorkomen van hoogteziekte en Billy, de chauffeur, legde me uit wat ik allemaal kon doen. Die middag kon ik mee met een Cuzco City tour. Deze voormalige Inka-hoofdstad heeft erg veel geschiedenis, die ver voor de Conquistadores en de Inka terug gaat. De streek is ruim 11.000 jaar bewoond, aangetoond door gevonden rotstekeningen, de stad zelf is 3.400 jaar oud. De Inka’s bouwden hun poema-vormige hoofdstad op de fundamenten van voorgaande beschavingen zoals de Wari, toen de Spanjaarden verbazingwekkend gemakkelijk het grote Inka-rijk veroverden bouwden zij hun kerken en gebouwen op de aardbevingsbestendige fundamenten van de Inka’s. Een rijk van ruim tien miljoen inwoners werd door een paar honderd man geknecht. Een profetie over de terugkeer van blonde god Viracocha vanuit het oosten, de gastvrijheid van de Inka’s, de door Spanjaarden meegebrachte ziektes (de bevolking al uitdunnend voor de Spanjaarden arriveerden), de dood van de koning en de strijd om zijn opvolging door twee van zijn honderden kinderen, waar handig op in werd gespeeld door de op goud en zilver beluste veroveraars. De samenloop van omstandigheden was voor de Spanjaarden ideaal, voor de Inka’s desastreus. In een periode van een paar jaar was het rijk veroverd en werd naar het Spaanse moederland gemodelleerd via het katholicisme.

Die middag zou ik van deze geschiedenis al veel zien. Lopend door de straten van Cuzco zie je de koloniale gebouwen op de Inka-fundamenten staan. De eerste plek die we aandeden was Qorikancha. Dit was een heiligdom van de Inka’s. Op de indrukwekkende fundamenten en stevige muren van wat een keur aan tempels bevatte, bouwden de Spanjaarden een van de vele kerken. Een zonne-, maan-, regenboog-, en een onweertempel, het kan zijn dat ik er nog een of twee vergeten ben. Het oude geloof werd uitgeroeid. In 1950 was er een hevige aardbeving in Cuzco, de streek is tektonisch nog erg actief, de fundamenten bleven fier staan, de kerk kieperde van de funderingen af. Rihomy, de gids, wist het allemaal in geuren en kleuren te vertellen. Na een klein uur gingen we door naar de volgende locatie: Q’enqo.

Op weg naar Q’enqo reden we langs Saqsayhuaman. Het is een kolossaal complex, wat ik ken van Ancient Alien-theorie shows op bijv. Discovery Channel. Dit heiligdom, waarvan nog maar zo’n 20% bestaat, ligt op een van de klippen boven Cuzco. We reden iets verder, om een offerplaats te bekijken. Hier werden mensen geofferd om de goden gunstig te stellen. Vaak ging het om jonge meisjes, die zouden het puurst zijn. Terwijl we van de plek liepen waar de rituelen begonnen, richting de plek waar de offers uiteindelijk gebracht werden, werd het langzaam aan kouder. Het begon in de buitenlucht en via een pad werden de (slacht)offers naar een grot gebracht. Die was zo uitgehakt dat het een koelcel leek, zo koud was het er. We moesten wat afstand houden van een donkere diepe spleet, of we zouden op dezelfde plek eindigen, tussen de vele geraamtes die er ongetwijfeld nog liggen.

Eenmaal aan de achterkant van het complex, was er weer zicht op Saqsayhuaman. Omdat ik de enige Engelstalige was, kreeg ik vaak de korte uitleg en kon lekker zelf rondkijken. De gigantische zigzagvormige muren, opgebouwd uit hele zware blokken graniet, maken indruk. Vooral de precisie waarmee de blokken in en op elkaar passen is verbazingwekkend. Je krijgt er nog geen papiertje tussen, terwijl er geen gebruik is gemaakt van cement o.i.d. Hoe de zware blokken hier zijn gebracht en hoe ze zo naadloos op elkaar aan kunnen sluiten, met hedendaagse technieken lukt dat alleen met diamantboren, is voer voor speculatie. Hoewel ik geloof dat buitenaards bezoek mogelijk is (geweest), zie ik hier toch weinig teken van dergelijke inmenging. Het doet aan als een fort, maar was een groot tempelcomplex. De behandeling die de stenen voor heiligdommen kregen, ook al ontwaard bij Qorikancha, geven een veel aardsere verklaring. De stenen werd gepolijst met water en zand, de stenen werden voorzien van inkepingen en uitstulpingen om naadloos in elkaar te passen. Dit was een proces van jaren; het complex is in 70 jaar gebouwd. De reden dat er nog 20% van het complex over is, is omdat de Spanjaarden de stenen voor hun gebouwen in Cuzco wilden. Ze hebben er maar liefst 90 jaar over gedaan om de stenen een paar kilometer naar de voet van de berg te verhuizen. Ik werd wel gek aangekeken omdat ik in korte broek en t-shirt rondliep. Iedereen leek het koud te hebben.

Na een uur reden we iets verder de berg op, naar een irrigatiesysteem wat nog steeds actief is: Tambomachay. Mensen leken massaal handschoenen en warme kleden te kopen. We waren hier op 3.800m, het was nog niet opgehouden met regenen. Het watersysteem werkte nog prima, een wachttoren kijkt uit over het complex, waar het water van de berg richting Cuzco loopt. Lang zijn we hier niet geweest. Alvorens we vertrokken dronken we nog, niet heel veel, van het heilige water. Je moest er niet te veel van drinken, er zitten veel mineralen in. Dronk je met je linkerhand dan zou je veel kinderen krijgen, dronk je met je rechterhand zou je eeuwig jong blijven. Ik dronk met mijn rechterhand.

Bij de uitgang reden we een heel klein stuk, om uit te stappen bij Puka Pukara: het rode fort. Het uitlopen van de vertrektijden eerder op de middag speelde parten. Het was al begonnen te schemeren, er viel weinig meer te zien van dit imposante bouwwerk. Na een minuut of vijf, het was te donker geworden, zat iedereen in de bus. We werden nog bij een shop getrakteerd op coca-thee en uitleg over hoe wol van de Alpaca, een lama-achtige, wordt gemaakt. Een traditionele trui rijker, gemaakt van wol van een baby Alpaca, werden we naar het centrum gereden. Hier heb ik nog rondgelopen en een hapje gegeten. De Alpaca is niet alleen goed voor warme kleding. In de Inkazuela, een heerlijk goulash-achtig recept, smaakt de Alpaca erg goed.

De volgende ochtend ging het alarm eerder dan me lief was. Toch was opstaan geen probleem. Er wachtte me deze dag een tour door de heilige vallei van de Inka’s. Via de bergpas waar o.a. Saqsayhuaman en Puka Pukara liggen, reden we naar de vallei waar Pisaq ligt. Onderweg mooie vergezichten over de Andes. Eenmaal in de vallei van Pisaq vallen de terrassen op. Dit zijn de terrassen waar de Inka’s hun groenten, fruit en bloemen teelden. Van hoog op de bergen tot in het dal liggen ze. Zonder de terrassen, velen nog in gebruik vandaag de dag, zouden ze niets kunnen verbouwen vanwege erosie. Er groeit te weinig vegetatie op de wanden, om de boel bij elkaar te houden. Vanuit het dal reden we weer een flink stuk omhoog. Hier is de ingang van een groot complex, waar een fort, een heiligdom, graftombes en meerdere Inka-woonwijken liggen. Een heel mooi indrukwekkend complex. Deze dag was Abelardo de gids, ook deze dag was ik de enige Engelstalige gast. Ik mocht weer doen wat ik het liefst doe, overal op en in, op mijn eigen tempo. Waar ik was geadviseerd te kiezen tussen twee delen, ben ik met gezwinde spoed naar beide delen gegaan. De hoogte speelde me geen parten. De bouwwerken waren in redelijk goede tot goede conditie, je krijgt een goed beeld van hoe de mensen hier leefden. Na afloop zou ik een korte individuele uitleg krijgen. Op het complex hoorde ik veel mensen jammeren, vooral Amerikanen. Donald Trump was als president gekozen. Niet dat ik blij werd van die uitslag, de hype rondom Hillary Clinton snap(te) ik al helemaal niet. Iemand die openlijk op oorlog aanstuurt met Rusland en Iran, je moet het maar als gedroomde kandidaat willen zien. Dat een land zulke presidentskandidaten weet te produceren zegt genoeg over wat er allemaal mis is in de wereld. Het gejammer en hier en daar zelfs huilende mensen, het deed me glimlachen. Dit met de hoop dat mensen echt wakker worden, er een koers gaat komen die goed is voor het geheel. Niet dat ik dat bij Trump wel zie gebeuren, maar in deze constellatie vind ik het vrij aannemelijk dat er een nieuwe koers gevonden gaat worden. Ik dwaal af, terug naar de excursie. Abelardo wees me graftombes aan, hier waren er ruim 10.000. Ze waren allemaal geplunderd voor de sieraden die iedere mummie meekregen voor het hiernamaals. Iedereen van arm tot rijk werd gemummificeerd.

Voor we bij de volgende plaats aankwamen, de rit duurde ruim een uur, werd ik in gebrekkig Engels aangesproken door een vrouw achter me. Als enige niet-Spaanstalige was mijn naam bij iedereen bekend. Deze Mexicaanse was met drie vriendinnen aan het rondreizen in Peru. De drie vriendinnen konden helemaal geen Engels, waren wel geïnteresseerd in waar ik was geweest en nog heen zou gaan. Estela, de enige die een beetje Engels sprak, was de woordvoerster van de club van 55-plussers. We spraken af dat zij me wat Spaans zou leren en ik zou wat Engels aan haar leren. Er werden nog wat Nederlandse woordjes aan toegevoegd, die bleven niet bij haar hangen. Mijn Spaans werd wel beter gedurende de dag. Waar ik begon met ongeveer 25 woorden die ik ken, begreep ik er gedurende dag veel meer. De vragen die ik kreeg begreep ik bijna altijd, in volzinnen kon ik ze nog niet beantwoorden, met losse woorden kwam ik al best een eind. Aangekomen in Ollantaytambo mocht ik weer mijn eigen weg gaan. Ik schoot omhoog over de terrassen, richting de zonnetempel en een militair complex. Aan de achterkant hiervan keek ik uit op een bergkam, waarop ik sneeuw ontwaarde. Zou dit de Salkantay, waarover later meer, kunnen zijn? Uitkijkend richting de ingang van het complex ontwaarde ik een gezicht uitgehakt in een berg aan de overkant. Op dezelfde berg zag ik een opslagcomplex voor graan, tevens graftombes. Het hele complex was indrukwekkend en was een soort van spa-resort. Met zo’n 40.000km aan Inka-trail, men legde hier grote afstanden te voet af, ware luxe rustoorden gewenst, nodig zelfs. De Inka’s hielden van weelde. We brachten hier veel te weinig tijd door. Na een drie kwartier ronddwalen zat het er al op. Abelardo gaf me weer uitleg en vertelde en toonde me iets wat me nog niet was opgevallen: dat het deel waar we op uitkeken was gebouwd in de vorm van een lama. Dit deel is nog maar een fractie van Ollantaytambo. Het is groot genoeg om een dag rond te dwalen, zonder verveeld te raken.

We voeren naar restaurants in Urubamba. Afhankelijk van welk pakket je had afgenomen, werd je bij een goed, beter of het beste restaurant afgezet. Ik had voor die laatste optie gekozen, om mezelf te trakteren op uitmuntende Peruviaanse gerechten. Zo wilde ik per se Seviche, een visgerecht gemaakt van forel, eten. Ik zat aan tafel met een Argentijnse oma, haar dochter en daar weer de dochter van, geboren en getogen in Peru. Ze spraken echt geen woord Engels, met de paar woorden Spaans die ik kende, vielen de gesprekken dan ook snel stil. Erg was dat niet, het eten was te lekker om ook maar een minuut te laten staan. Carpaccio van Alpaca, rode peper pate, rolleno, Peruviaanse kip, varkensrollade in sinaasappelsaus en aardappel met chili en kaassaus om er een paar te noemen. Van toetjes lusten ze ook hier pap. Vooral de rijstepap en magamorra morrada waren heerlijk en de perfecte manier om de laatste holtes in de maag op te vullen.

Na deze orgie reden we richting de laatste oude Inca-plaats. We reden steeds hoger, tot zo’n 3.800m hoogte. Hoe hoger we kwamen hoe meer witte bergtoppen en gletsjers we zagen. We kwamen aan in Chincero. Dat klinkt Spaans, als je aankomt ziet het er ook heel Spaans uit. Smalle straatjes met strakke witte gebouwen uit het koloniale tijdperk en witte kerken gebouwd op oude Inka-heiligdommen. Abelardo wees me aan waar Salkantay lag. Dit is een berg langs de route die ik naar Machu Picchu ga lopen. Nog geen twee dagen later zou ik aan de Salkantay Trek gaan beginnen. De gids gaf een uitleg in de kerk, ik snelde de kerk uit. Ik liep naar de achterkant en daalde de terrassen af. Eenmaal beneden moest ik weer omhoog, om niet te laat bij de bus te zijn. Dat lukte ruimschoots, de Mexicaanse dames waren bij verschillende straatverkoopsters aan het inkopen geslagen. Straatverkopers zijn er in grote getalen in Peru, overal waar je komt. Ik houd er niet echt van, heb besloten me er niet aan te irriteren op mijn rondreis. “No, gracias,” zijn mijn meest gebruikte woorden hier.

Op de donderdag had ik een rustdag ingepland. Omdat ik een dag later de Salkantay Trek zou gaan doen, normaliter goed voor 75km (vs. 43km van de reguliere Inka-trail, had helaas geen vergunning bemachtigd), was het handig me hier op voor te bereiden. Deze dag zou ik extra uurtjes slapen, mijn uitrusting nog eens goed checken, naar de kapper voor nog geen 3,00 Euro, wat missende dingen aanschaffen, goed eten, alsmede videogesprekken met het thuisfront dat ik vier/vijf dagen van het net zou verdwijnen. Een van mijn neefjes wilde behoorlijk de aandacht, toen ik met mijn vader sprak, het was leuk hem weer te zien. Een van de zolen van de schoenen die ik had meegenomen voor de trek, viel ineens uit elkaar. Ik moest me nog haasten om nieuwe schoenen aan te schaffen. Niet waar je op zit te wachten, om met nieuwe schoenen aan de wandel te gaan, maar zonder een deel van een zool rondlopen zou zeker tot ongelukken leiden. Ik rende naar een shop bij Plaza de Armas. Ze wilden me vooral de duurste schoen verkopen, al paste het voor geen meter. Alsof het een spijkerbroek zou zijn, zou de schoen langzaam aan uitdijen waardoor het wel paste. Ik zei de medewerker en eigenares dat ze echt heel slecht advies gaven, alleen tijd om ergens anders heen te gaan, voor de shops zouden sluiten, had ik niet. Ik paste wat andere modellen en vond een stel dat gegoten zat. Met mijn nieuwe sloffen aan snelde ik terug naar mijn verblijf. Met nog geen vijf uur slaap voor de boeg nestelde ik me onder de dekens. Om drie uur ’s ochtends ging de wekker, om half vier kwam Andre me ophalen. Mijn droom om naar Machu Picchu te wandelen werd eindelijk werkelijkheid.

  • 23 November 2016 - 19:22

    Wilma:

    Mooie verhalen Michael . Volgende keer wel een beetje water met je linkerhand drinken graag

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Michael

Actief sinds 10 Juli 2011
Verslag gelezen: 334
Totaal aantal bezoekers 48796

Voorgaande reizen:

16 Oktober 2018 - 13 November 2018

The Ring of Fire

10 Juli 2018 - 21 Juli 2018

De Odyssee

09 Oktober 2017 - 20 Oktober 2017

Gone fishing

31 Augustus 2016 - 21 December 2016

Pacific Rim

09 Januari 2016 - 23 Januari 2016

Diving the Andaman Sea

13 Mei 2015 - 02 Juni 2015

Bali (and more?)!

06 September 2014 - 21 September 2014

Diving in paradise

19 Januari 2014 - 28 Januari 2014

Freediving Tenerife

06 Juni 2013 - 16 Juni 2013

Kopje onder in het land van de farao's

17 Juli 2011 - 15 Augustus 2011

Made in Australia

07 Juni 2009 - 28 Juni 2009

ZO-Azië

11 Mei 2007 - 28 Mei 2007

Yucatan

Landen bezocht: