Tikehau, een van de Tuamotus
Door: Michael van Doorn
Blijf op de hoogte en volg Michael
06 Oktober 2016 | Frans Polynesië, Tuherahera
Op het vliegveld kreeg ik een bloemetje omgehangen en naar Tikehau Bed & Breakfast vervoerd. De kamer is niet om over naar huis te schrijven, er mankeert van alles aan. Dat afgezet tegen de prijs, voel ik me; afgezet. Het is duurder dan het veel luxere Temetiu Village waar ik zat; waar ik daar ook nog eens eten bij had iedere ochtend EN avond. Plekken zijn hier alleen schaars, verkassen naar een veel duurder resort sla ik over. Het bed is wel goed, dat zie ik dan maar even als de reden om niet te verhuizen. Die middag ben ik meteen langsgelopen bij Jaime en Francoise van Tikehau Plongee, de duikschool waar ik al mee had gemaild. Even de standaard papierwinkel ingevuld en de duikbenodigdheden afgevinkt; de volgende ochtend zou ik voor het eerst sinds Niue weer duiken. Aan het eind van de middag ging ik, hoe kan het ook anders, snorkelen. Heel helder water aan het eind van de motu. Een heel mooi strand met de toepasselijke naam ‘Belle Plage.’ Ik zette mijn voeten in het water om mijn vinnen aan te trekken, zie ik in het water twee schaduwen op me afsnellen. Het was me al snel duidelijk dat dit haaien waren. Met een glimlach op mijn gezicht stopte ik snel mijn camera in het water. De twee haaien zwommen rustig verder. Ik ging erin en keek om me heen, ik telde vijf zwartpuntrifhaaien. Ze cirkelden om me heen. Toen ze zagen dat er weinig te halen viel, zwommen ze ieder hun eigen weg. Ik zou er nog veel meer zien, soms ook dezelfde, dat laatste uur voor de zon onder ging. Ik zwom rond een eilandje en zag een hele grote adelaarsrog. Nadat de zon onder was ben ik eruit gegaan, als dit al een meter of twee van het strand zich afspeelt; was ik heel benieuwd wat de duiken bij het Tuheiava-kanaal me zouden gaan brengen.
De volgende ochtend voeren we naar het kanaal, nadat we andere duikers op verschillende plekken hadden opgehaald met de boot. Onderweg mochten we snorkelen; er was een manta gespot. Zo’n 10m onder me zwom een grote rog, heel rustig over de bodem. Ik volgde haar en ze kwam steeds wat hoger, als ze over koraalblokken heen zwom. Ze liet zich schoonmaken door poetsvisjes. In de 11 minuten dat ik meezwom heb ik volop genoten, het leken maar een paar minuten. Richting het einde maakte ze een looping vlak voor mijn neus, met haar rechtervleugel miste ze mijn camera net. Dat deed ze overduidelijk expres, want ze stopte haar vleugelbeweging vlak bij de camera, volledig bewust van de omgeving. Daarna gooide ze er nog een soort schroevendraaier uit, alvorens langzaam aan de diepte in te gaan. Een schitterend begin van de dag.
Het zou alleen nog maar beter worden. Eenmaal bij de pas, dook ik met gids Mathieu mee en nog drie anderen. Het was een groot feest. Er waren meteen twee zeeschildpadden te zien en daarna was het een grote verwondering. Ik wist niet wanneer ik moest stoppen met filmen. Na 15 minuten was er even een minuut waarin niet veel gebeurde, daarna ging het ‘geweld’ verder. Dat minuutje was echt nodig, even op adem komen. Het was zo intens, de hartslag was flink verhoogd, daarmee ook het luchtverbruik. Later volgde nog zo’n minuut; voor de rest was het “wow”, “holy crap” en meer gelijksoortige uitspraken. Mathieu leek gedurende de duik een dirigent. Ik hoorde hem onder water van alles mompelen, ik begreep hem alleen door de gebaren die hij er bij maakte. Hij verwachtte op bepaalde plekken bepaalde vissen en hij zat er zelden naast. Grijze rifhaaien, grote scholen kleine barracuda’s, kleine groepen grote barracuda’s, joekels van verschillende soorten tonijnen, grote makrelen, pompano’s en een hele vracht Napoleonbaarzen. Nu ik in Frans-Polynesië ben zal ik het Maoribaarzen noemen. Alsof het ook niet bijzonder was dat er in een blikveld acht Maoribaarzen rondzwommen, had ik meer oog voor de passerende zijdehaai, mijn eerste tijdens een duik. Er zwommen vissoorten rond die ik nooit gezien had, of ik kende de familie wel maar niet het specifieke type. Baniervissen, koraalvlinders, soldaatvissen, in kleuren die ik nog nooit had gezien. Overal vis. Na een klein uur kwam ik met hoofdpijn uit het water, zoveel schitterende dingen in een duik! Een dikke tien.
De volgende duik doken we op dezelfde plek. Het tempo van wow-momenten leek iets af te nemen. Maar de intensiteit van die momenten nam nog eens toe. De al geziene grijze rifhaaien, een grote school grote barracuda’s, nog meer grote tonijnen, een witpuntrifhaai, zwartpuntrifhaaien, nog meer horsmakrelen en pompano’s (de jongen met schitterend lange baniers), een zilverpunthaai, nog meer Maoribaarzen en van achter ons een manta die aan de linkerzijde voorbij kwam. Later zwom hij nog een keer voorlangs. Mathieu had deze gemist, ondanks verwoede pogingen hem te signaleren. De rest was me dankbaar voor de hint. We gingen in het kanaal en zagen nog allerlei vissen, de meest grote van een soort, de grote jongens, door de stroming weggeslagen worden. Maar de grote jongens gaven niet op, zochten weer snel de beukende waterkolom op. Op zoek naar een hapje, een leuke uitdaging of gewoon een lolletje met vrienden. Aan het einde van de duik nog drie zeeschildpadden van heel dichtbij bekeken. De eerste twee kwamen vlak bij elkaar, schuurden even tegen elkaar aan het gingen hun eigen weg. De groep bleef bij deze schildpadden, ik had er verderop een gezien en zwom er op af. Een paar meter voor hem stopte ik, maar hij kwam recht op me afgezwommen. Het is maar goed dat hij geen camera’s lust, ik had die kwijt geweest. Hij zat even aan de behuizing te knabbelen, de close-up beelden zijn dan ook heel goed gelukt! Deze duik ging het nog rapper met mijn lucht dan op de vorige duik, tekenend dat dit weer een hele intense duik was. Na 47 minuten kwamen we boven. Weer een dikke tien.
Na het duiken zijn we naar Ohauna Snack gereden, daar hebben ze heerlijk eten. Poisson Cru was de bestelling. In de namiddag ben ik weer gaan snorkelen op dezelfde plek als de dag ervoor. De rifhaaien kwamen me allemaal weer bekijken en ik hen. Dit keer had ik iets meer oog voor zonsondergang en heb van het uitzicht genoten. Roze stranden, kraakhelder water en wuivende palmbomen en de ondergaande zon. Magnifique! Mijn zintuigen waren die dag volledig overladen. Ik was uitgeteld en goed ook. Een klein tukje voor het avondeten, mondde uit in het klokje rond slapen.
Na het duiken de dag ervoor waren de verwachtingen voor vandaag weer hoog gespannen. Mede omdat de stroming vandaag gunstiger zou zijn dan gisteren. Op dezelfde plek als gisteren konden we weer met een manta zwemmen, eenmaal in het water bleken het er twee. Ze hielden wat meer afstand dan die van gisteren, toch was het weer fijn om met deze prachtige dieren in het water te zijn. Eenmaal bij de pas maakten we ons gereed, vandaag dook ik met gids Sophie. Tijdens de eerste duik, langs een mooie wand zagen we af en toe een grijze rifhaai voorbij komen. In de diepte grote scholen vis, net te ver weg om te kunnen zeggen welke soorten het waren. Toen we verplaatsten naar het ondiepere deel, zagen we drie liggende witpuntrifhaaien. We kwamen wat te dichtbij naar hun zin, ze zwommen weg. Later zouden we nog pompano’s zien en ik zwom nog even een school barracuda’s in. Na gisteren een teleurstellende duik, maar als ik die ultieme duiken niet als ijkpunt neem, nog altijd een acht.
De tweede duik had weer meer de wow-factor. De stroming was net wat sterker en het water wat helderder. Ik zag al snel een grijze rifhaai, en beneden grote scholen kleine barracuda’s. Ook een witpuntrifhaai kwam voorbij. Ik hing op mijn gemak op 30 meter diepte en keek rustig om me heen. Een tonijn zwom voorbij en meerdere soorten makrelen. Erg indrukwekkend. Maar HET “holy guacemole”-moment kwam niet veel later. Kijkend in het blauw keek ik vanaf het rif naar links en zag een brede haaienkop mijn kant opkomen. Het was een zilverpunthaai, hij boog vlak voor me af. Ik dacht dat ik hem niet meer terug zou zien, maar hij draaide om. Ik zwom langzaam met hem mee, compleet gehypnotiseerd door zijn schoonheid. Dit is een doorgaans een erg schuwe haai, dat ik hem van zo dichtbij mocht zien, maakte me intens gelukkig. Ik pakte een rots vast en hij zwom weer vlak voor me langs. Wat een ongekend mooi dier. Hierna hebben we hem nog een keer gezien, al hield hij zich toen meer in het wat troebele water op. Alles wat daarna nog kwam was mooi, soorten die ik al genoemd heb, zoals pompano’s en een zeeschildpad. Verder nog wat soorten die ik moet gaan identificeren. Een negen.
Die middag weer gegeten bij Ohaunu Snack, dit keer de sashimi. Ik zat aan tafel bij twee stellen newly-weds; een Zwitsers stel en een Frans stel. Tot mijn verbazing werd er geen Frans gesproken aan tafel maar Engels. Iets met Zwitsers en hun vier verschillende talen,die maar door weinig alle vier gesproken worden. Het Zwitserse stel spreekt in het Engels met elkaar. Hij “Italiaans” en zij “Duits”, de aanhalingstekens omdat een Duitse (die er vandaag ook was) haar “Duits” niet verstaat, andersom wel. Het Franse stel kan verbazingwekkend goed Engels. Hen ga ik de komende weken nog meer zien want toevalligerwijs is hun reisschema naar Rangirao en Fakarava exact hetzelfde als de mijne. Ook duiken ze graag.
In de namiddag weer de zonsondergang bekeken, hij was nog mooier dan gisteren. In de avond aan reisverslagen van Hiva Oa en Tikehau (tussentijdse update met al die duikervaringen) gewerkt. Tussendoor nog heel even een kleine update naar het thuisfront gestuurd, ik had weer een sprankje internet. Deze werd helaas twee keer onderbroken, de tweede keer kwam dat niet meer goed.
Op woensdagochtend hadden we weer twee manta’s om mee te zwemmen, het verveelt nog lange niet. We voeren verder naar het kanaal, mijn laatste twee duiken hier stonden op het programma. Ik dook weer met Mathieu en nog vier anderen. Toen we het water in gingen leken de condities veelbelovender dan de dag ervoor. Er was veel meer vis te zien en al vrij snel werden we getrakteerd op een aantal passeerbewegingen van de zilverpunthaai. Hij kwam niet zo dichtbij me als gisteren, toch was het niet minder indrukwekkend. Het 2.20m lange wezen zwom tussen de duikers door en liet zien wie de koning is van dit domein. Snelheid, souplesse en kracht, hij heeft het allemaal. Veel oog voor andere dingen hadden we niet. Een grijze rifhaai deed maar wat magertjes af bij deze gigant. Een adelaarsrog moest ook strijden om aandacht; die kreeg hij nauwelijks. Ik zou nog even in een grote school makrelen en doktersvissen hangen; na een kwartier of drie uit het water. Een acht.
Na een surface-interval van een uur gingen we weer naar beneden. Het begin was nog veelbelovender dan de eerdere duik. Nog meer vis, nog meer soorten, magistraal. Ik vergaapte me aan de vele barracuda’s, in een halve boog hingen ze om ons heen. Een kleinere zilverpunthaai en een grijze rifhaai trokken daarna onze aandacht. Alleen een van de duikers had zichtbaar moeite met de taferelen, dat was in de eerste duik ook het geval, Mathieu gidste ons naar ondiepere delen. Daar was nog genoeg te zien, ik kreeg alleen niet uit mijn hoofd dat die haaien er rondzwommen; ik wilde ze zien. Veiligheid voor alles, alleen de rest van de duik voelde plichtmatig. Soms kwamen er mooie pompano’s voorbij of makrelen. Aan het einde van de duik nog aandachtig naar een aantal Maoribaarzen en een zeeschildpad gekeken. Na 56 minuten kwamen we weer boven water. Na de duik iedereen bedankt en de rekening betaald. Letterlijk met bloed en zweet dit verslag afgemaakt. Het is echt heel heet vandaag, het bloed komt door een mug die mijn rechterbeen aardig lek heeft geprikt. Blijkbaar dacht ze dat het happy hour was, ik heb echt nog nooit zo’n bolle mug gezien. Ze kon nog nauwelijks vliegen. Geen genade voor deze gulzigerd: het is nu een hele platte mug.
Op de donderdagochtend bleek mijn ontbijt een aantal pannenkoekjes. Heerlijke jam er op, smullen geblazen. Of het de ideale brandstof is, is onzeker, ik ben er op gaan hardlopen. De bedoeling was de motu rond te rennen. Dit zou zo’n acht kilometer zijn; na 800 meter waren mijn kuiten al verzuurd. Het was, ondanks het vroege tijdstip, behoorlijk heet. Het enige waar ik me nog iets aan kon ophalen, was de harde wind. Deze gaf enige verkoeling, maar na vier kilometer was de koek zo goed als op. Ik besloot weer richting mijn pension te rennen. Wel af en toe omhoog kijkend, om te zorgen dat ik niet onder een palmboom liep. De kans is wel heel klein, echter nog altijd veel groter dan dat je door een haai wordt gedood, een vallende kokosnoot op je hoofd kost je zomaar je leven. Het staat hier vol met kokospalmen. Eenmaal teruggekeerd ging mijn hartslag langzaam aan weer naar beneden. Dat bleek wel nodig ook, op het maximum was deze 192. Uitzwetend op mijn veranda, uitkijkend over de lagune van Tikehau, kijk ik terug op een aantal leuke dagen. De mensen zijn vriendelijk, de omgeving mooi, de verzorging en faciliteiten hier laat wel te wensen over. Naast het duiken valt er niet veel te beleven. Ik denk niet dat ik hier ooit zal terugkeren. Voor de duikfanaten absoluut aan te raden een twee- of drietal dagen mee te nemen. Het valt goed te combineren met bekendere duikbestemmingen Rangiroa en Fakarava. Na een vlucht van hooguit vijftien minuten, land ik donderdag aan het begin van de middag op eerstgenoemde. 'Nana’, tot ziens!
-
09 Oktober 2016 - 10:45
Wilma :
Volgens mij veel bijzondere ervaringen!
Groetjes! Wilma
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley