Het wilde Huahine - Reisverslag uit Fare, Frans Polynesië van Michael Doorn - WaarBenJij.nu Het wilde Huahine - Reisverslag uit Fare, Frans Polynesië van Michael Doorn - WaarBenJij.nu

Het wilde Huahine

Door: Michael van Doorn

Blijf op de hoogte en volg Michael

21 Oktober 2016 | Frans Polynesië, Fare

Dit verslag staat in het teken van Huahine. Ik moet bekennen dat ik er nog nooit van gehoord had, tot ik me ging inlezen in Frans-Polynesië. Dit eiland zit in de tussenfase (net als de overige Society-eilanden) waar de vulkanen de bodem in zinken en er aan de buitenkant rif ontstaat. Een mix van de Markiezen en de Tuamotus. Toen ik het had gelezen, stond dit eiland bij de moetjes. Voordat ik op Huahine geraakte moest ik nog een nacht verblijven op Tahiti.

Na de vlucht vanaf Fakarava, meldde ik me bij de taxistandplaats van Fa’a’a, het vliegveld van Tahiti. De taxichauffeurs hadden geen idee waar ze moesten zijn, wilden me niet meenemen. Enige hulp werd ook niet geboden. Ik sjokte naar de lobby van het vliegveld, om WiFi af te nemen. Gelukkig bleek dat de eigenares, Caroline, me wat emails gestuurd. Na wat heen en weer gepingel op de laptop, kwam ze aangescheurd: “Mi-ka-el?” “Oui, c’est moi.” Een klein hondje, Bunny zo leerde ik tijdens de rit, op haar schoot. Eenmaal aangekomen bleek dat ik een heel groot huis voor mezelf had. Net niet helemaal, er loopt hier nog een witte kat rond met blauwe ogen. Hij deed me denken aan mijn kat. Vlak naast mijn kamer een wasmachine. Of ik heb niet goed gekeken de voorgaande weken, een laundry service heb ik nergens gezien. Meteen een wasje gedaan, het was hoognodig. Het reisverslag van Fakarava afgemaakt. De volgende dag mijn onderkomen niet verlaten. Daar was ook weinig aanleiding toe. Zo heb ik een keer of wat verkoeling gezocht in het zwembad. ’s Middags de vlucht naar Huahine. We vlogen langs Mo’orea, schitterend eiland om te zien. De boot, Wind Spirit, die mijn duikgroep uit het kanaal van Rangiroa had gejaagd, lag in een van de baaien. Na de landing op Huahine haalde Laurence me op, ik verbleef een vijftal nachten bij een pension genaamd Chez Guynette.

Bij aankomst heb ik mijn spullen gedropt en mijn vinnen, masker en snorkel uit de tas gehaald. Ik moest hoe dan ook het water in. Tijdens de zonsondergang voor de kust van Fare, de hoofdstad van Huahine, gesnorkeld. Bij hoofdstad Fare moet je aan een slaperig dorpje denken. Een kleine haven, wat gebouwen aan de boulevard (wat al een groot woord is), het is er heel rustig. Huahine bij elkaar heeft 6.000 inwoners. Dat bij elkaar slaat op de twee eilanden die Huahine kent. Huahine Nui (groot Huahine) en Huahine Iti (klein Huahine). Twee eilanden die in een groot rifsysteem liggen. Er loopt een ondiep kanaal tussen ze, de eilanden zijn verbonden door een brug. Ik word hier nog wel eens gecorrigeerd, het ligt eraan wie je spreekt. Als ik het tegen iemand van Huahine heb over een eiland, zeggen ze dat het er twee zijn. Op Ra’iatea hoor ik dat Huahine een eiland is, en dat zij de enige zijn met twee eilanden in een lagune. Ra’iatea en Taha’a, mijn volgende uitstap.

Op maandag eerst het ontbijt. Normaal niet noemenswaardig, maar iedereen die langs liep zei gedag. Meerdere keren kwamen mensen ook het terras op om handjes te geven. Heel vriendelijk allemaal. Zo zou het de hele week gaan. Daarna twee uur kwijt geweest aan het verbinding krijgen met het internet. Naast mijn twee gesneuvelde telefoons ook mijn SIM-kaart kwijt en de lokale SIM die ik had gekocht werkte niet. De winkel waar ik anderhalf was kon me niet helpen. Uiteindelijk heb ik op het postkantoor een nieuwe SIM gekocht. Het duurde nog een dag voor die aan de praat was. Ik heb een scooter gehuurd en ben rondom het eiland/de eilanden gereden, stoppend als ik iets interessants zag. Vanuit het vliegtuig had ik al gezien hoe groen het eiland is, rondrijdend door de heuvels, langs de baaien en mangroves, terwijl je over de mooie blauwe zee uitkeek was overweldigend. Alles rook heel fris, iedereen zwaaide vriendelijk en als je onderweg dan nog allerlei oude bouwwerken ziet, het had iets magisch en puurs. Huahine heeft als bijnaam ook ‘the savage.’ Het/de wilde. Waar Bora Bora door hotelketens naar een on-Polynesisch eiland (ik heb het niet meegemaakt, dit is wat ik van mensen hoor) is getransformeerd, met massaal toerisme, heeft Huahine zijn oude karakter behouden. Bora Bora is voor veel bewoners van de eilanden hier het toonbeeld van hoe het niet moet. Ze zeggen allemaal dat het mooi is, maar alle kenmerkende waarden en cultuur zijn er verdwenen.

Terug naar de rondrit. Rondom Huahine zijn een paar honderd archeologische sites. Nog niet alles is gevonden, het meeste is wel in kaart gebracht. Van wat in kaart gebracht is, is een klein deel gerestaureerd of er wordt nog aan gewerkt. Eeuwenoude stenen vistrappen bekeken, waarvan een groot deel nog steeds in gebruik is. Onderweg stapte ik regelmatig af bij Marae, heiligdommen in dorpen, waar de samenlevingen samen kwamen en diverse rituelen plaatsvonden.

Ik reed met mijn vinnen op mijn rug rond, gebruikt heb ik ze niet. De grandioze uitzichten, in combinatie met de historische plekken, waren genoeg. Aan het einde van de middag wilde ik een heuvel beklimmen om de zonsondergang te bekijken. Op weg omhoog nog allerlei heilige plaatsen, op een plek kreeg ik hele rare gevoelens van angst en verschrikking. Een foto die ik maakte op de plek waar ik het kreeg is ook niet helemaal koosjer. Hersenspinsel, zonnesteek of was er meer aan de hand op deze plek van menselijke offers aan de goden? Hoe het ook ware, ik liep snel door. Ik kwam bij een marae uit die over de vallei uitkeek. Hier zullen de dorpshoofden hebben gezeten. Een pad verder omhoog, ik was pas op een kwart van de heuvel schatte ik zo in, zag ik niet. In een zeldzaam moment van verstandigheid, winnend van mijn nieuwsgierigheid, besloot ik niet verder te klimmen en weer af te dalen. De heuvel zou ik niet meer beklimmen.

De volgende dag stapte ik op een eigenaar van een duikschool af. Ik was er niet voor naar Huahine gekomen, er hing een folder van deze man, dat hij walvistochten aanbood. Nou, dat was nog allemaal zo makkelijk niet, er zijn er weinig, kleine kans, bla die bla. Hij had er duidelijk geen zin in. Ik keek wat verbouwereerd richting een marineschip wat in de lagune lag, zie ik een spuitgat. En nog een. Niet veel later twee vinnen die naast elkaar uit het water staken en er langzaam inzakten. Ik wees ze aan, hij zei ze niet gezien te hebben, zijn medewerker zag het wel. Het veranderde niets. Verderop bij een andere duikschool gevraagd; de eigenares zei dat ik het beste naar ze toe kon zwemmen op eigen gelegenheid. Dat laat ik me geen twee keer zeggen, alleen moest ik de scooter weer inleveren. Gas erop en dan maar verlengen, de scooter was alleen niet beschikbaar die dag. Dan maar een auto gehuurd (was dezelfde prijs als de scooter) en op naar een strand dichtbij waar ik ze had gezien. Het water in, maar geen walvis waargenomen. Doorgereden naar een strand verderop, de vissers daar hadden ze niet gezien. Ik gaf het op en ben weer helemaal rond de Huahines gegaan. Bij een pas in het zuiden gesnorkeld, op zoek naar grote vissen. Een adelaarsrog, nog vrij jong maar al aardig gehavend (hij miste een deel van zijn staart en had littekens achterop zijn lijf), kwam me bekijken. Het water in de pas was niet heel helder, moest ook blijven trappen zodat ik niet door de pas mee de oceaan in werd gezogen. Het trappen was goed te doen, maar wat had ik graag door die pas de oceaan in gewild. Aan de andere kant zwommen namelijk twee walvissen. Toch weer zo’n verstandig moment, het wordt nog eens wat met me! Aan het eind van de middag wilde ik de zonsondergang weer bekijken, het was alleen behoorlijk bewolkt geworden. Die avond zouden de sluizen opengezet worden. Het regende onophoudelijk en heel hard.

De volgende ochtend zou ik daar last van hebben. Toen ik opstond was het droog, alleen had ik me aangemeld voor twee duiken in de ochtend. Door de harde regen was er veel sediment losgekomen, het zicht onder water was niet heel goed. Er was nog wel veel vis, zoals een grote school makrelen gelijk beneden de boot, ze moesten wel heel dichtbij komen wilde je ze zien. De haaien waar we voor kwamen hebben we niet gezien, behalve twee andere soorten rifhaaien. Nog wat tonijnen die aan het patrouilleren waren. Mooi maar niet waar we voor kwamen. Het leukste aan de duik was de stroming die ons wilde meesleuren. Hij was sterk, niet zo sterk als op Fakarava. Toch vond Michel, de eigenaar, het een beter idee de tweede duik verderop op een rif te duiken. Het zicht was daar wel iets beter, edoch zo mogelijk nog minder gezien dan de eerste duik. Alleen een hele grote zwartpuntrifhaai, ze was ook nog eens zwanger, maakte indruk. Respectievelijk een zeven en een vijf.

Tussen de duiken in kwamen er dolfijnen voor de boot zwemmen. Heel lang duurde het niet, het maakte zoals altijd weer indruk. Ik was helemaal in mijn nopjes dat mijn camera mooie beelden had gemaakt. Na een crash van mijn laptop, ben ik alle videos van Bali kwijtgeraakt, inclusief een uur beelden van dolfijnen bij Lovina.

Die middag was ik door alle prikkelende indrukken en het duiken nogal moe. Voordat ik even plat ging, ging ik langs bij de supermarkt, op zoek naar nieuwe korte broeken. Degene die ik mee had, waren allemaal kapot gegaan. Geen pasruimte of iets te vinden, ik paste het maar in het gangpad. Mooi gekleurde korte broeken, alleen kon mijn maat niet vinden. Er werd om me gelachen door de voorbijgaande shoppers. Tja, ik moet toch goed passende broeken vinden. Toen ik hulp vroeg aan een medewerkster, snapte ik het eerdere gelach. Niet dat je het er aan af zag, het waren broeken voor vrouwen… Een meter of vijf verderop twee nieuwe korte broeken gepast en gekocht. Op naar dat tukje waar ik naar verlangde, een uur of twee lukte dat. Het regende heel hard buiten. Daarna vanuit Fare richting het zuiden hardgelopen. Niet heel ver, met de broeierige lucht, ging het snel met de verzuring. Gelukkig regende het wel ietsje, ik raakte niet oververhit. Na een kleine 3 kilometer draaide ik om, om hetzelfde stuk terug weer af te leggen. Daar knikte iemand naar me. Ik knikte terug en liep naar mijn kamer.

Op donderdag raakte ik in gesprek met degene die knikte de dag ervoor. Ze vroeg me naar de marathon van Barcelona, wat op mijn shirt stond. Het was een nieuwe gaste van Chez Guynette. Een Franse, Maria, woonachtig in Spanje. Ze had van Laurence gehoord dat ik al rondgereden was en vroeg wat ik haar kon aanbevelen. Het weer was slecht, ik wist niet zo goed wat ik kon aanbevelen met deze condities. We gingen onze eigen wegen. Later kwamen we elkaar tegen in een supermarkt en vroegen wat de ander ging doen. Beetje zonde om niets te gaan doen. We gooiden het op een akkoordje, samen een auto huren. Regende het, dan zouden we droog zitten en was het droog keken we wel waar we uitstapten. Het hield die ochtend al op met regenen en het werd steeds beter. Ze had van Laurence een goede tip gekregen waar te snorkelen, het was inderdaad erg mooi. Als highlight de clownsvissen, zo ondiep en dichtbij het strand. We zijn onderweg uitgestapt bij de uitzichtpunten of archeologische sites. Tussendoor nog heerlijk geluncht bij een pension, Manaha als ik me niet vergis. Verse tonijn in vanillesaus en een heerlijk kokosgebakje waren mijn deel.

’s Avonds had ik nog steeds geen honger. Gegeten heb ik niet meer. Een local genaamd Paul kwam bij me zitten op het terras, hij wilde dat ik er wat in zijn boek zou zetten voor hem. Ik had hem die week al bij anderen aan zien kloppen. Een gesprek voeren met hem kan je niet, wat precies met hem aan de hand is weet ik niet, doof/stom of iets anders, het maakt ook niet uit. Heel enthousiast, met gebaren probeerde hij dingen duidelijk te maken. Hij was erg blij, liet zijn boeken zien waarin mensen van over de hele wereld berichten hadden geschreven. Ik heb hem iets geschreven over zijn eiland en mijn land.

Toen hij weg ging, heb ik me ingelezen over Peru en had nog contact met Kilroy, de reisorganisatie waar ik mijn RTW-ticket had geboekt. Er was een aanpassing ivm Paaseiland, de vlucht daar vandaan vertrekt een dag eerder. Ik moest daar wel toestemming voor geven. Wilde ik later gaan moest ik drie weken wachten voor de eerstvolgende vlucht beschikbaar was. Ik zag daarin wel bevestigd dat het goed was, dat ik mijn vluchten naar en van Maupiti heb laten omzetten naar Tahiti. Dit deed ik om niets mis te laten gaan, om de enige (wekelijkse) vlucht van Tahiti naar Paaseiland te halen. Als vier vluchten in de week vanaf Paaseiland naar Chili al drie weken vooruit volgeboekt zitten, kan dat voor een vlucht in de week van Tahiti naar Paaseiland alleen maar slechter zijn. Na wat verblijven op Ra’iatea en Mo’orea (de gekozen vervanger voor Maupiti) aangeschreven te hebben, ben ik vroeg gaan slapen. Alleen was ik de volgende dag natuurlijk nog vroeger wakker.

Op vrijdag zou ik niet heel veel doen. Na drie keer rond het eiland gereden te hebben vond ik het mooi geweest. Zittend op het terras, genietend van mijn ontbijtje, zag ik in de baai af en toe vinnen van dolfijnen uit het water komen. Na nog een snorkelsessie in een koraaltuin aan de andere kant van het eiland, voor de auto ingeleverd moest worden, waren ze er nog steeds. Ik ben naar ze toe gezwommen. Dat viel niet mee. En ze zwommen weg en de stroming in de baai werkte niet mee. Toch kwam ik gestaag dichterbij. Op een gegeven moment zag ik wat lijven onderduiken, zo’n 15-20 meter voor me. Ik keek voor me, links en rechts, nog eens rondkijken, waar zijn ze nou? Ik deed mijn kin op mijn borst en tot mijn grote vreugde zag ik een grote groep dolfijnen minimaal 10 meter diep onder me door zwemmen. Van sommigen waren de ogen op me gericht. Ik dook naar beneden en zag de groep uit zicht verdwijnen. Het water was niet heel helder dus dat gebeurde vrij snel. Ik zwom naar boven en volgde de groep verder. Net als de keer ervoor zag ik een aantal lijven een stukje voor me onderduiken. Ik wist nu waar ik moest kijken, en had de groep meteen in de smiezen. Ik zwom naar beneden en vanuit de groep kwamen drie dolfijnen naar me toe. Ik zwom naar ze toe, ze bogen af en sloten weer aan bij de groep van minimaal 30 dolfijnen.

Na deze rendez-vous leek een pauze op zijn plek. Ik kreeg kramp tijdens mijn laatste duik naar beneden, dat gebeurt me zelden. Het hele stuk vanuit de haven, daar waren ze heen gezwommen, naar het strand waar ik ze zag, weer terug gezwommen. Op het terras van Chez Guynette nagenoten van de ontmoeting met de spinner dolfijnen. Ik had verwacht dat ze weg zouden gaan, ze bleven in de baai. Ik ging er, na veel water gedronken te hebben en een lange videosessie met mijn liefde, weer in. Ik probeerde in die live sessie de dolfijnen te laten zien, kwaliteit van het beeld was niet goed genoeg.

De tweede keer vond ik ze niet, al dacht ik op een moment dat ik er een zag. Goed kijken, het was een haai die voorbij zwom. Ik ging er na enige tijd uit. Ik was er nog niet uit, of ze waren vlakbij een catamaran waar ik net zwom. Ik ging er meteen weer in. Dit keer heb ik ze alleen boven water gezien. Een flink aantal sprongen met acrobatische manoeuvres, hoofden die uit het water staken, de groep zwom halve manen om me heen. Kreeg ze alleen niet onder water zien. Ze speelden in de noordelijke pas van Fare. Ik moest wel opletten dat ik niet te dichtbij die pas kwam. De stroming was behoorlijk en ik hield gepaste afstand. Het was mooi te zien hoe de dolfijnen zich vermaakten in de brandingen bij de pas. Mijn lijf was toe aan weer wat rust. Ik zwom terug en ontwaarde een grote stekelrog op de bodem onder me. Ik dook naar beneden, wilde deze jongen met zijn hele lange staart van dichtbij bekijken. Hij liet me dichtbij komen en ik zwom een klein stukje mee, alvorens hij iets versnelde. Ik steeg langzaam op van de bodem naar het oppervlak. Eenmaal eruit, kwamen de dolfijnen vanuit de pas weer de baai in, op dezelfde plek als eerder, bij die catamaran. Snel een halve liter water gedronken, ik ging er (uiteraard?!?) weer in.

Dit keer bleven ze rondjes zwemmen om me. Ik hoorde ze zingen, zelfs als mijn hoofd uit het water was, hoorde ik de merel-achtige piepjes. Ze waren dichtbij, ik zag de vinnen boven water uitsteken soms, onder water zag ik ze nog niet. Maar het geluid werd harder en ik besloot onder te duiken. En ja hoor, daar kwamen ze aan. Het waren er tien die dichtbij me kwamen, de rest van de familie bleef erachter. Alleen zou ik de rest van de familie later op de camerabeelden, hoewel wat vaag, ontdekken. Ik zwom een stukje mee. Na bovengekomen te zijn, zag ik dat er weer een aantal onderdoken en mijn kant opkwamen. Ik ging naar beneden en zwom een stukje mee. Niet veel later zouden er nog twee voor me langs zwemmen, een paar meter onder het oppervlak. Ik volgde ze, ik zag ze heel duidelijk, gek genoeg op de beelden die ik maakte zie ik ze helemaal niet. Hoe dan ook staan deze ontmoetingen in mijn geheugen gegrift. Dit verstoppertje heeft uren geduurd. In de middag de spullen ingepakt, de andere gasten gedag gezegd en Laurence bracht me naar het vliegveld. Haar bedankt voor het verzorgde verblijf; een uurtje later vloog ik naar Ra’iatea.

  • 26 Oktober 2016 - 19:06

    Wilma:

    Wat een ervaringen! Take good care.
    Dikke kus,
    Wilma

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Michael

Actief sinds 10 Juli 2011
Verslag gelezen: 340
Totaal aantal bezoekers 55358

Voorgaande reizen:

16 Oktober 2018 - 13 November 2018

The Ring of Fire

10 Juli 2018 - 21 Juli 2018

De Odyssee

09 Oktober 2017 - 20 Oktober 2017

Gone fishing

31 Augustus 2016 - 21 December 2016

Pacific Rim

09 Januari 2016 - 23 Januari 2016

Diving the Andaman Sea

13 Mei 2015 - 02 Juni 2015

Bali (and more?)!

06 September 2014 - 21 September 2014

Diving in paradise

19 Januari 2014 - 28 Januari 2014

Freediving Tenerife

06 Juni 2013 - 16 Juni 2013

Kopje onder in het land van de farao's

17 Juli 2011 - 15 Augustus 2011

Made in Australia

07 Juni 2009 - 28 Juni 2009

ZO-Azië

11 Mei 2007 - 28 Mei 2007

Yucatan

Landen bezocht: